Uit cijfers van het CBS wordt duidelijk dat de Nederlandse industrie in juni 2025 nét iets minder produceerde dan een jaar eerder: een daling van 0,2 %. Na een opleving in het voorjaar lijkt de motor nu echter weer wat te haperen.

Wanneer we inzoomen op de cijfers zien we grote verschillen. Sommige branches draaiden juist op volle toeren. Reparatie en installatie van machines spande de kroon met een groei van bijna 29 %. Ook rubber- en kunststofproducten (+7,1 %) en de voedingsmiddelenindustrie (+2,7 %) deden het goed.

De metaalproductenindustrie had het echter zwaar wat resulteerde in een productiedaling van 6,3 %. Nog zwaarder getroffen waren de makers van transportmiddelen (-7,3 %) en de chemie (-8 %). Voor de metaalbranche betekent dat opnieuw een lastige maand, waarin wereldwijde vraag, concurrentie en kostenstructuur hun tol lijken te eisen.

Toch is het beeld niet alleen somber. De sterke groei in machine-installaties kan een teken zijn dat bedrijven investeren in onderhoud en modernisering. Dat kan juist op termijn kansen bieden voor metaaltoeleveranciers, zeker voor wie inspeelt op hoogwaardige of specialistische toepassingen.

Korte termijn blijft onvoorspelbaar

Op korte termijn laat de industrie een licht dalende lijn zien. Gecorrigeerd voor seizoensinvloeden lag de productie in juni iets lager dan in mei. Dat volgt op een periode waarin de cijfers van maand tot maand flink op en neer gingen. Het CBS benadrukt dat dergelijke schommelingen gebruikelijk zijn in de industrie, waardoor één maand geen harde trendbreuk hoeft te betekenen. Toch is het voor de komende periode vooral de vraag of de internationale vraag en binnenlandse investeringsbereidheid voldoende zijn om een stabieler groeipad in te zetten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categorie

Geen categorie