De afzetprijzen van de Nederlandse industrie waren in oktober 2025 0,1 % lager dan een jaar eerder, meldde Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In september bedroeg de stijging nog 0,6 %.

Stabilisatie in prijsontwikkeling

Na jaren met sterke prijsstijgingen (onder andere in 2021 en 2022) is sprake van een duidelijke afnemende prijsdruk in de industriële sector. Zo lag het prijsniveau in oktober 2024 al op -1,1 % ten opzichte van een jaar eerder. In oktober 2025 blijft het niveau vrijwel onveranderd, wat wijst op stabilisatie.

Uiteenlopende trends binnen bedrijfsklassen

Ondanks het stabiele totaalbeeld zijn er duidelijke verschillen tussen segmenten binnen de maakindustrie. Voor de bedrijfsklasse metaalproducten werd in oktober een prijsstijging genoteerd van 2,2 % ten opzichte van oktober 2024. Andere sectoren lieten een gemengd beeld zien: zo stegen de prijzen in de machinebouw met 1,2 %, terwijl de chemische industrie een daling van 3,3 % kende.

Binnen- en buitenlandse markt

Op maandbasis daalden de afzetprijzen in oktober met 0,5 % ten opzichte van september. Op de buitenlandse markt bedroeg de daling 0,7 %, daaropvolgend viel de daling voor de binnenlandse markt nipt lager uit, met 0,1 %.

De trend van vrijwel onveranderde afzetprijzen komt mede voort uit de gedaalde olieprijzen: een vat ruwe North Sea Brent kostte in oktober circa 55 euro, ruim 20 % minder dan een jaar eerder. Aangezien de olieprijs sterk doorwerkt in bijvoorbeeld de petrochemie en transportkosten, draagt dit bij aan een afzwakkende kosten- en prijsdruk.