Een meevaller. Onverwacht. De meeste economisch commentatoren en journalisten zijn het er over eens dat het verrassend goed nieuws is dat de Duitse economie niet in een recessie is beland. Hoewel er al wat voortekenen waren – we berichtten daar op Metaalkrant vorige week over – werd het nieuws toch breed uitgemeten. Zowel in Duitsland zelf, als in ons land.

Het nieuws dat in Duitsland een recessie – in elk geval voorlopig – is afgewend, is ook van groot belang voor de Nederlandse metaalindustrie. In 2018 voerde Nederland voor 5,7 miljard euro aan eigen geproduceerd metaal en metaalproducten uit. Dat maakt metaal het op één na profijtelijkste exportproduct. En Duitsland is de belangrijkste afnemer.

In tegenstelling tot bijna alle verwachtingen groeide de Duitse economie in het derde kwartaal licht – en ontsnapte zo aan een dreigende recessie. Volgens het Bundesamt für Statistik in Wiesbaden is het bruto binnenlands product (BBP) tussen juli en september met 0,1 procent gestegen ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Als het BBP weer was gedaald, zoals in het tweede kwartaal, zou aan de definitie van een recessie zijn voldaan.

Toch is het niet alleen maar goed nieuws dat de klok slaat. Internationale handelsgeschillen en de Brexit wegen zwaar op de exportgerichte Duitse industrie. Belangrijke sectoren zoals de auto-, machinebouw- en chemische industrie ondervinden daar de gevolgen al een tijdje. En precies die sectoren zijn voor de Nederlandse toeleveranciers in de metaal van belang. Aan de andere kant vielen de exportcijfers van diezelfde Duitse industrie over september weer mee: in die maand werden 4,6 procent meer goederen “Made in Germany” in het buitenland verkocht dan in het jaar daarvoor. En over het hele jaar genomen stijgt de Duitse export nog steeds met bijna één procent tot 997,1 miljard euro.

Foto: Marco Verch