Het wetsvoorstel Netherlands Qualification Framework (NLQF) is door de Tweede Kamer aangenomen, waarmee een wettelijke, onafhankelijke beoordeling van opleidingen wordt geïntroduceerd. Dit biedt werkenden, werkzoekenden en werkgevers een helder inzicht in het niveau van opleidingen en maakt het mogelijk om op te treden tegen onjuiste informatieverschaffing door aanbieders. In 2022 volgde 24 procent van de beroepsbevolking tussen 25 en 65 jaar scholing, waarvan meer dan twee derde non-formeel, zoals branchegerichte opleidingen of vaktrainingen.

Het wetsvoorstel is positief ontvangen door Duco Hoep van Koninklijke Metaalunie, omdat het de inschaling van vakopleidingen op NLQF-niveaus mogelijk maakt en de vergelijking tussen kwalificaties vergemakkelijkt. Dit draagt bij aan een beter inzicht in opgedane kennis en vaardigheden, zowel nationaal als internationaal. De wet erkent het belang van informeel leren en ontwikkelen in de praktijk en stimuleert vakmanschap en professionele groei.

De wet regelt ook dat formeel onderwijs automatisch wordt ingeschaald, terwijl non-formele opleidingen, zonder overheids-erkend diploma of certificaat maar met vooraf bepaalde leeruitkomsten, kunnen worden ingeschaald onder bepaalde criteria. Opleiders moeten zich houden aan een protocol over communicatie over het niveau van aangeboden opleidingen, waarbij de wet inzicht geeft in de leeruitkomsten maar geen kwaliteitskeurmerk biedt.

Nederland sluit met deze wet aan bij het European Qualification Framework (EQF), wat de inzetbaarheid van mensen in hun werkende leven in Nederland en Europa moet verbeteren. Sinds 2012 worden opleidingen in Nederland ingeschaald, en met deze wet sluit Nederland zich aan bij 10 andere EU-lidstaten die dit ook wettelijk hebben vastgelegd.