De Nederlandse productiesector, waaronder de metaalindustrie, blijft onder druk staan door afnemende vraag en stijgende kosten. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van de Nevi PMI®. De hoofdindex daalde licht van 48,6 in december naar 48,4 in januari, wat wijst op een verdere verslechtering van de bedrijfsomstandigheden. Vooral de afname van nieuwe orders en exportorders speelde hierbij een rol. Ondernemingen ervaren hevige prijsconcurrentie met buitenlandse producenten, wat de verkoop bemoeilijkt.

Kosteninflatie op hoogste niveau in maanden

Eén van de meest opvallende ontwikkelingen in januari was de sterke stijging van de inkoop- en verkoopprijzen. De kosteninflatie bereikte het hoogste niveau sinds augustus 2024, gedreven door hogere grondstof-, loon- en transportkosten. Als reactie hierop verhoogden producenten hun verkoopprijzen, wat leidde tot de grootste inflatietoename in vier jaar. Dit geeft aan hoe sterk de sector worstelt met doorberekening van kosten aan klanten.

Productieverlaging en banenverlies

De aanhoudende afname van nieuwe orders dwong fabrikanten opnieuw hun productie te verlagen. Hierdoor daalde de werkdruk en nam het aantal onvoltooide orders verder af. Dit leidde tot banenverlies, vooral onder tijdelijke werknemers. Ondanks deze krimp was de daling van de inkoopactiviteiten minder scherp dan in de voorgaande maanden, en werd de materiaalvoorraad iets efficiënter beheerd.

Voorzichtig optimisme

Ondanks de uitdagende omstandigheden zien producenten de toekomst positiever in. Het vertrouwen in een groeiende productiecapaciteit voor de komende twaalf maanden bereikte het hoogste niveau sinds april 2024. Bedrijven verwachten betere economische omstandigheden, een toename van klanten en nieuwe uitbreidingsmogelijkheden. Dit biedt hoop op herstel in de metaalindustrie en bredere productiesector.

Bron: nevi.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Categorie

Geen categorie