De Wet Kwaliteitsborging (Wkb) wordt naar verwachting op 1 januari 2022 van kracht. Deze nieuwe wet moet tot een kwaliteitsslag leiden binnen de bouw. Door de invoering van de Wkb gaat voor staalconstructie- en staalmontagebedrijven een aantal zaken veranderen. Kort samengevat komt het erop neer dat als u over een gecertificeerd fabricage- en montageproces beschikt en daarin een aantal belangrijke zaken goed en eenduidig worden vastgelegd de borger snel klaar is met de staalconstructie, meldt de Koninklijke Metaalunie in een persbericht.

Koninklijke Metaalunie en SNS zien de Wkb als kans om de kwaliteit die staalconstructie- en staalmontagebedrijven leveren beter zichtbaar te maken. De controle of het bouwwerk voldoet aan de technische voorschriften van het Bouwbesluit, wordt in het nieuwe stelsel overgenomen door een borger. Die borger controleert, aan de hand van een borgingsinstrument op bouwwerkniveau, tijdens het bouwproces of er aan de eisen van het Bouwbesluit wordt voldaan. Indien er gebruik wordt gemaakt van een gecertificeerde regeling, hoeft de borger minder tijd aan de controle te besteden. Dit scheelt tijd en geld.

Regeling Montage Staalbouw
Binnen de Wkb krijgt de aannemer meer verantwoordelijkheid voor de gerealiseerde kwaliteit. Hij zal met betrekking tot het borgen van gerealiseerde kwaliteit eisen gaan stellen aan toeleveranciers, ook met betrekking van de montage. Het is belangrijk de gerealiseerde kwaliteit aantoonbaar te maken. SNS en Metaalunie hebben de handen ineengeslagen om samen met staalbouwers een ‘Regeling Montage Staalbouw’ op te zetten. Leden van SNS en Metaalunie kunnen zich voor deze regeling certificeren, waardoor naast de FPC-certificering (EN 1090-1) voor de productie dan ook de montage is afgedekt. Ook andere ketenspelers, zoals de dak- en wandbranche, ontwikkelen een Keurmerk waardoor de aansluiting tussen de ketenspelers wordt geoptimaliseerd en de gerealiseerde kwaliteit wordt geborgd.

Kernwoord ‘borgen’
Binnen de Wkb voert het bevoegd gezag (Bouw- en Woningtoezicht) de administratieve toets of een bouwwerk voldoet aan de technische voorschriften van het Bouwbesluit niet meer zelf uit. Dit wordt door (private) borgers gedaan aan de hand van borgingsinstrumenten (voor geheel bouwwerk).

De aannemer krijgt in het nieuwe stelsel meer verantwoordelijkheid voor de kwaliteit. Na oplevering is de aannemer verantwoordelijk (ook voor verborgen gebreken), tenzij hij kan aantonen dat de gebreken niet aan hem zijn toe te rekenen. Door deze toegenomen verantwoordelijkheid van de aannemer is het de verwachting dat er met betrekking tot het borgen van de gerealiseerde kwaliteit eisen gesteld gaan worden aan toeleveranciers.

Binnen de Wkb moeten er dossiers worden aangeleverd. De borger controleert de bouwwerkzaamheden tot aan de oplevering. Voorheen controleerde Bouw- en Woningtoezicht vooral de bouwplannen en op basis van deze plannen werd een bouwvergunning verstrekt. Op basis van onderzoek is gebleken dat het gerealiseerde bouwwerk in bijna alle gevallen afweek van de bouwplannen. Met de borger zijn we af van de “papieren” controle.

De vergunning aanvrager contracteert de borger die met behulp van een borgingsinstrument aan de hand van controles tijdens de bouw (uitgaande van een risico gestuurde benadering) of het bouwwerk voldoet aan het bouwbesluit (en eventuele privaatrechtelijke eisen).