China’s aluminiumindustrie onder druk én in transitie: wat betekent dat voor de metaal in Nederland?
De Chinese aluminiumindustrie staat al jaren bekend als een van de grootste – en meest energie-intensieve – industrieën ter wereld. Maar achter die kolossale productiecapaciteit schuilt een beweging die ook voor Nederlandse metaalbedrijven relevant is: een structurele koerswijziging richting verduurzaming en beperking van overcapaciteit.
De Chinese overheid heeft een productieplafond ingesteld van 45 miljoen ton primair aluminium per jaar. Deze maatregel, ingevoerd om grip te krijgen op CO₂-uitstoot en energieverbruik, betekent dat groei vooral moet komen uit herstructurering, innovatie en verschuiving van productiecapaciteit naar regio’s met meer duurzame energiebronnen. Zo wordt in regio’s als Yunnan, waar waterkracht beschikbaar is, fors geïnvesteerd in ‘groene aluminiumproductie’.
Voor de Nederlandse metaalindustrie, en met name MKB-bedrijven die afhankelijk zijn van aluminium in hun toeleveringsketen, zijn deze ontwikkelingen geen ver-van-hun-bed-show. De aluminiumprijzen, leveringszekerheid én de samenstelling van het materiaal (zoals gerecycled versus primair aluminium) kunnen veranderen onder invloed van de Chinese strategie. Vooral de verschuiving van kolengestookte productie naar locaties met hernieuwbare energie zet druk op mondiale verhoudingen, niet alleen economisch, maar ook ecologisch.
Bovendien raakt de focus op circulaire productie een snaar die ook in Nederland steeds nadrukkelijker klinkt. In China wordt nu al meer dan 11 miljoen ton secundair aluminium per jaar geproduceerd, en dat volume groeit. De inzet op recycling en het gebruik van restmaterialen past in de bredere mondiale beweging richting grondstofefficiëntie.
De Chinese aluminiumsector laat zien dat grootschalige industriële verandering mogelijk is, mits gestuurd door duidelijke beleidskeuzes en economische druk. Het zet de toon voor een bredere mondiale heroriëntatie in de metaal.
Bron: alcircle.com