ROTTERDAM – ‘Kunstenaars,’’ noemt Ton de Bruin ze liefkozend. ,,Een stuk of zeven hoogopgeleide twintigers en dertigers, die bij ons ontzettend complexe gerobotiseerde systemen bedenken.’’
Werknemers die het vak in hun vingers hebben, zijn vaak onmisbaar.

De directeur van Brinks Metaalbewerking in Vriezenveen wil ze voor geen goud kwijt. Maar wat dreigt er te gebeuren, als de zaken door de economische crisis nóg slechter gaan. ,,Tja, dan vliegen zij er uit.’’ Met de huidige ontslagregels zit er volgens De Bruin niks anders op. Binnen elke leeftijdsgroep (25-35 jaar, 35-45 jaar, enzovoort) valt het personeel met de minste dienstjaren als eerste uit de boot. ,,En dat zijn nou net de mensen die ik ten koste van alles wil behouden. Als ik hen kwijt raak, bestaat het gevaar dat straks iedereen er uit wordt gegooid.’’

Vandaar dat De Bruin, die zo’n 125 vaste medewerkers heeft, onlangs de knuppel in het hoenderhok gooide: ondernemers moeten in de deze barre tijd zélf kunnen bepalen wie blijft – en verdwijnt. ,,We moeten kunnen selecteren op kwaliteit.’’
Dat klinkt misschien logisch. Maar, weet hoogleraar arbeidspsychologie Roland Blonk van de Universiteit Utrecht, ‘het is een heikel punt’.
Aan de ene kant snapt hij best dat bedrijven hun ‘excellente’ werknemers niet willen verliezen. Als een reorganisatie onvermijdelijk lijkt, slaat de stress binnen een bedrijf toe; ook bij leidinggevenden. ,,Zij proberen zoveel mogelijk in eigen hand te houden. En dus wil zo’n directeur kunnen zeggen: ‘met deze mensen gaan we verder’.’’
Aan de andere kant waarschuwt de hoogleraar nadrukkelijk: geef ondernemers niet volledig de vrije hand om personeel te ontslaan. ,,Zo kom je op een hellend vlak terecht. Een of twee mensen beslissen dan over iemands lot. Wie moet uiteindelijk vertrekken? Een medewerker die wat vaker ziek is geweest? Of wat lastiger was voor de baas? Het risico op misbruik is in elk geval te groot.’’ Bovendien, stelt Blonk, krijgen de werknemers die op straat komen te staan een stigma. ,,Dat is personeel dat kennelijk niet goed genoeg meer was.’’
Ook FNV Bondgenoten waarschuwt voor ‘willekeur’. Voor je het weet valt het doek voor ‘kwetsbare krachten’, zegt bestuurder Jos Brocken. ,,Ouderen die zich altijd de pokken werken, maar soms nauwelijks opleiding hebben. Of gedeeltelijk arbeidsongeschikten. Zulke mensen komen maar moeilijk weer aan de bak en belanden in de bijstand. Daar moeten we dan als samenleving flink voor gaan betalen.’’
Om werknemers te beschermen is het volgens Brocken belangrijk dat er ‘objectieve criteria’ zijn voor ontslag. ,,Zeker in deze moeilijke periode.’’
Het is trouwens allang mogelijk om personeel ‘onmisbaar’ te verklaren, meent FNV Bondgenoten. Verder morrelen aan de ontslagregels zou dan ook helemaal niet nodig zijn. Hoogleraar Blonk vindt dat ondernemingen wel in staat moeten zijn om een ‘beperkte groep’ knappe koppen binnenboord te houden. ,,Maar bedrijven die nu op kwaliteit willen selecteren, voeren soms nog niet eens functioneringsgesprekken. Dan zeg ik: ga dat eerst maar eens doen.’’
Nou, zegt directeur De Bruin van Brinks Metaalbewerking, wat dat betreft heeft zijn bedrijf alles piekfijn op orde. Slechte mensen werken er bij hem helemaal niet en er is geen sprake van dat hij graag personeel naar huis stuurt. ,,Maar bijzondere tijden vragen om bijzondere maatregelen.’’
Met de regels om werknemers onmisbaar te verklaren kan De Bruin niet uit de voeten. ,,Daarom zeg ik, laten we de bestaande afspraken in elk geval tijdelijk even terzijde schuiven. Want hoezo willekeur? Als je iemand ontslaat, louter op basis van zijn leeftijd of dienstjaren, dat is toch net zo goed willekeurig? Ik heb al zestig uitzendkrachten moeten wegsturen. Als ik tijdens een recessie ook mijn beste mensen moet laten gaan, is dat funest. Dan is het als of je onze benen amputeert, terwijl we moeten gaan hordenlopen.’’

Bron: AD