Wereldwijd wordt er flink geïnvesteerd in industriële metalen en mijnbouwbedrijven. Investeerders negeren daarmee de sombere economische voorspellingen van de Wereldbank en het IMF. Die laatste twee voorspelden dat economieën wereldwijd een periode van kwakkelende groei zouden meemaken, zeker na de Brexit.
Het enthousiasme voor metaal is gestoeld op de verwachting dat beleidsmaker in verschillende landen maatregelen aan het voorbereiden zijn om de economie aan te jagen. Daarnaast daalt het stof van de Brexit en richt de markt de aandacht op het feit dat de vraag naar metalen groeit, terwijl de productie juist afneemt. Vooral de koper-, zink- en nikkelmarkten lijken met krapte te maken gaan krijgen. Dit blijkt uit een artikel dat gisteren op Bloomberg verscheen.
Chinees en Amerikaans vastgoed
Er zijn verschillende signalen die wijzen op een stijgende vraag. Zo groeit in China – de grootste verbruiker van industriële metalen – de vastgoedsector sneller dan de rest van de economie. Dat zou er op haar beurt voor kunnen zorgen dat het land flink moet investeren in uitbreiding van elektriciteitsnetwerken. In de Verenigde Staten is het aantal verkochte nieuwe woningen in acht jaar nog niet zo hoog geweest dan afgelopen juni. Opgeteld zorgen de bouw- en elektriciteitssector samen voor bijna de helft van de wereldwijde kopervraag.
Een andere graadmeter voor het stijgende gebruik van metalen valt ook af te lezen uit de Joc-ECRI industrieprijzenindex. Deze index monitort de prijzen van specifieke grondstoffen die in de industrie worden gebruikt. Naast metalen gaat het hierbij bijvoorbeeld ook om rubber, olie en houtsoorten. De Joc-ECRI bereikte onlangs haar hoogste notering sinds 2011.
foto: Scott Wilcoxson