De Nederlandse industrie zou 4% meer omzet, en 7% meer wist kunnen draaien, als de kwaliteit van het bedrijfsmanagement zou verbeteren. Dat blijkt uit onderzoek van de Rabobank in samenwerking met de Universiteit Groningen. Het is voor het eerst dat de kwaliteit van managementpraktijken in het Nederlandse bedrijfsleven grootschalig en internationaal vergelijkbaar is onderzocht. De kwaliteit van het Nederlandse bedrijfsmanagement staat op de zesde plaats achter de VS, Zweden en Duitsland.

Aan het onderzoek werkten 450 bedrijven mee, met een minimale grootte van 50 medewerkers. De onderzoekers maten de kwaliteit aan de hand van vier dimensies. Allereerst gaat het om de wijze waarop bedrijven hun werkzaamheden of operaties inrichten. Hoe lean zijn deze? Daarnaast werd gekeken naar de gestelde doelen van bedrijven: zijn deze gericht op de lange termijn en gekoppeld aan ambitieuze maar haalbare kortetermijnprestatiematen? Verder werd onderzocht of bedrijven op systematische wijze prestatiedata verzamelen en analyseren om daarmee actief verbeterslagen in gang te zetten. En tot slot werd bekeken hoeveel aandacht een bedrijf besteedt aan personeelsmanagement.

Volgens de onderzoekers kan het management in de Nederlandse industrie vooral bij de onderdelen doelen en personeelsmanagement nog een slag maken. Als de managementkwaliteit zou worden opgeschroefd naar het niveau van landen als Zweden of Duitsland, gaat dit samen met een vier procent hogere omzet en een zeven procent hogere winst per werknemer.