De EU zou voor een veel hardere koers moeten kiezen tegen China. Dit vindt het BDI, het belangrijkste vertegenwoordigend orgaan van de Duitse industrie. China verstoort de markten en prijzen door overheidsingrijpen. Het resultaat is een overcapaciteit, bijvoorbeeld in staal, aluminium en andere non-ferro metalen, die vervolgens tegen lage prijzen op de wereldmarkt worden gedumpt. In de toekomst zal dit ook het geval zijn met veel andere producten zoals bijvoorbeeld robotica en batterijcellen. Europa moet China duidelijk maken dat investeringen welkom zijn, maar dat deze dumpingpraktijken moeten stoppen.

Het BDI presenteert in een document 54 eisen waarmee Europa en Duitsland hun concurrentiepositie ten opzichte van China kunnen verbeteren. Zo moeten bijvoorbeeld de kwaliteitsnormen bij overheidsopdrachten worden verhoogd en moeten ook de dumpingprijzen van buitenlandse leveranciers worden onderzocht op overheidssubsidies. Daarnaast pleit de vereniging voor de invoering van een nieuw soort Europese subsidiecontrole. Dit zou tot taak hebben om door China gefinancierde overnames van Europese technologiebedrijven te onderzoeken en, indien nodig, te voorkomen.

De BDI telt 35 aangesloten federaties die samen meer dan 100.000 ondernemingen vertegenwoordigen, die op hun beurt 8 miljoen werknemers tewerkstellen. De oproep komt op een strategisch moment. Duitsland – de belangrijkste economie én de grootste industriële producent binnen de EU – gaat dit jaar naar de stembus. De positie van het BDI wordt traditioneel door alle partijen gehoord en serieus genomen.

Foto: Angela Merkel spreekt op BDI-bijeenkomst – c. Christian Kruppa